Bijeenkomst 22 oktober: Hoe vernieuwen vakbonden? Een Europees perspectief

22-10-2025

Op 22 oktober organiseerde het WBV een bijeenkomst over vakbondsvernieuwing. Te gast was de Belgische vakbondsonderzoeker Kurt Vandaele (ETUI). Recent verscheen Vandaele als coauteur van een ETUI-bundel over vakbondsvernieuwing. De aanleiding voor de bijeenkomst was de crisis waarin de Nederlandse vakbeweging, in het bijzonder de FNV, verkeert. Het programma begon daarom met een aantal stellingen over voorzitterschap, actie en coördinatie, eenheid en decentrale zeggenschap.

Kurt Vandaele opende zijn betoog met de constatering dat vakbonden in heel Europa onder druk staan. Het bestuderen van hoe vakbonden zich vernieuwen is in dat licht van groot belang. De theoretische basis hiervoor ligt in de vier (ideaaltypische) toekomstscenario's voor vakbonden die de Nederlandse wetenschapper Jelle Visser in 2019 schetste.

Het eerste scenario is substitutie: taken die voorheen door de vakbeweging werden uitgevoerd, worden in dit scenario overgenomen door andere ‘aanbieders’ (zoals coöperaties, ngo’s enz.). Het tweede scenario is dualisering: de vakbeweging blijft actief in bestaande bolwerken, maar is niet in staat nieuwe groepen aan zich te binden. Het derde scenario is marginalisering: vakbonden verliezen macht door aanhoudend ledenverlies. Het vierde scenario is vakbondsvernieuwing: in dit scenario lukt het de vakbeweging een nieuwe impuls te geven. In 2019 presenteerde Visser deze scenario's in De Burcht. Een link naar deze slides is hier te vinden.

Een voorbeeld dat Vandaele tijdens zijn presentatie aanvoerde, is de Belgische Transportarbeidersbond (BTB). Zij slaagde erin het aantal leden in de afgelopen twee decennia te verdubbelen. Een belangrijke reden hiervoor zijn de experimenten met roadshows die zij organiseren. Het (rijdende) vakbondskantoor bezoekt leden en combineert dienstverlening met organizing. De roadshows dragen ook bij aan een ander imago. Inmiddels worden de roadshows opgeschaald naar andere sectoren.

Uit het onderzoek van Vandaele blijkt dat de meeste vakbondsinnovatie van onderop komt. In West-Europese bonden zijn interne netwerken hiervoor van cruciaal belang: in de eerste fases hebben federaties hier weinig invloed op. In Oost-Europese bonden komt innovatie van onderop door rebellen binnen de organisaties.

Hoe zouden vakbonden zich op federaal niveau moeten opstellen ten opzichte van deze innovaties?

Volgens Vandaele moeten zij zich als filtermechanisme opstellen. Zij kunnen steun verlenen door financiële middelen en personeel vrij te maken (mechanisme 1). Zij moeten ervoor zorgen dat de vernieuwing ook juridisch haalbaar is en aansluit bij het DNA van bonden (mechanisme 2). En tot slot zullen vakbonden zich als lerende organisaties dienen op te stellen. Hierbij kan er op lokaal niveau geëxperimenteerd worden, dit opgeschaald worden en uiteindelijk duurzaam opgenomen worden in de organisatie (mechanisme 3).

Na de presentatie is er uitvoerig discussie gevoerd met de deelnemers. 

De slides van de presentatie zijn hier te vinden.

Top